Jacques DE RO
Bijdrage gepubliceerd in het themanummer “Geraardsbergen 175 jaar geleden” ter gelegenheid van het 175-jarig bestaan van België. In 1815 beslisten de Grote Mogendheden de sinds 1585 de facto gescheiden Nederlanden te herenigen onder de Nederlandse Koning Willem I. Het aanvankelijk gunstig onthaalde nieuw bewind werd vanaf een bepaald moment actief bestreden door clerus, Franstaligen en vrijheidsgezinden of liberalen. De invloedrijke clerus zag de privileges van het katholiek onderwijs in gevaar. Door de “her-Nederlandsing”van Vlaanderen voelden Walen en eentalige Franstaligen zich bedreigd in hun carrièremogelijkheden terwijl de verfranste burgerij niet wou horen van het “Hollandsch”. De liberalen of vrijheidsgezinden ten slotte zagen hun vrijheid beknot door Willems beperkende maatregelen op het vlak van vrijheid van pers en vereniging. De rebellerende misnoegden werden patriotten genoemd[31]. Deze algemene achtergronden hebben ook in Geraardsbergen het verloop van de gebeurtenissen bepaald, te beginnen met het hevig verzet van de clerus tegen de gevoerde onderwijspolitiek en naar aanleiding van de afzetting in 1825 van de niet gediplomeerde priester-leraars in het college. Hierbij speelde de Geraardsbergse kanunnik Constant van Crombrugghe een voortrekkersrol, ook op nationaal vlak. Anderzijds vormde zich in 1828 een kleine groep liberaal- of vrijheidsgezinden rond de verfranste René Spitaels die zich ontpopte als de voornaamste voorvechter van het anti-Hollands verzet en die van Geraardsbergen de meest opstandige stad van Vlaanderen heeft gemaakt. In deze bijdrage brengt de auteur een uitvoerig relaas van de gebeurtenissen die zich hebben afgespeeld in en rond Geraardsbergen.
Hedendaagse geschiedenis (94.035/036)
Freddy DE CHOU
In deze studie, gepubliceerd n.a.v. het 175-jarig bestaan van België, brengt de auteur een antwoord op volgende vragen: Wie had in 1830 het lokaal beleid in Geraardsbergen in handen? Konden de beleidsmakers hun zeggenschap handhaven na de onafhankelijkheid? Wie kwam er eventueel in hun plaats? Hoe werden ze door de centrale overheid beoordeeld na enkele jaren aan het bestuur?
Verkiezingen (324)